| Naam: | Wilde Marjolein (Oregano) |
| Naam(L): | Origanum vulgare |
| Orde: | Lamiales 3.37 |
| Familie: | Lipbloemenfamilie |
| Familie(L): | Lamiaceae 123 |
| Vindplaats: | Eben Emael Wegkant |
| Datum: | 07-09-2006 |
| Voorkomen: | Vrij algemeen |
| Bijzonderheden: | De naam Oregano komt uit het Grieks “oros” betekent berg. ”Ganos” betekent vreugde, pracht. Samen “vreugde van de bergen”. Dit verwijst ernaar dat de plant vaak op berghellingen groeit en vanwege zijn geurig blad als prachtig werd beschouwd. |
| Culinair: | Een van de meest gebruikte keukenkruiden. Verse of gedroogde bladeren in: Pasta, tomatensaus Vleesgerechten en stoofpotten. Salades. Smaak: Aromatisch, licht bitter en pittig. In de mediterrane keuken veel gebruikt. |
| Medicinaal: | Al sinds de oudheid gebruikt als geneesmiddel: Bevordering van spijsvertering. Bij hoest en verkoudheid. Uitwendig om ontstekingen tegen te gaan. Antioxidantwerking door fenolische verbindingen. |
| Spiritueel: | In de klassieke oudheid symbool van vreugde geluk en bescherming. In Griekse en Romeinse ceremonies bij huwelijken en feesten, ook als geluks- en beschermkruid. In middeleeuwen als beschermkruid tegen boze geesten boven deuren gehangen. Christelijk: Geen liturgische rol. |


